Laatst geüpdatet op september 25, 2017 by Redactie
Portugal is met 3000 zonuren per jaar en 850 km van de meest fantastische stranden een heerlijke vakantiebestemming. Maar naast de vele stranden, telt dit Zuid-Europese land ook een paar verrassende en wat minder bekende steden. We zetten ze hier op een rij.
1. Coimbra, de studentenstad
Coimbra is voor Portugezen de oorsprong van de staat en voor toeristen een schatkamer aan geschiedenis. Deze studentenstad herbergt één van de oudste universiteiten van Europa, die werd opgericht in 1290. Tegenwoordig zijn studenten nog steeds herkenbaar in het straatbeeld, omdat ze nog de traditionele kleding dragen. De bibliotheek van de universiteit staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Ook de aangrenzende botanische tuin en het museum zijn een bezoekje waard. Coimbra telt twee kathedralen: de oude (uit de romaanse periode) en de nieuwe, gesticht door de Jezuïeten. Een kijkje in de geschiedenis van het land neem je in ‘Portugal dos Pequenitos’ waar verschillende Portugese bouwstijlen op kleine schaal zijn nagebouwd.
2. Évora, stad van de kloosters
Ook in Évora vind je veel studenten. Toch komen bezoekers vooral voor de historische bezienswaardigheden, zoals de Romeinse tempel uit de tweede eeuw. Deze is gewijd aan de godin Diana en het Convento de Lóios, een vijftiende-eeuws klooster dat nu dienst doet als luxe pousada. De gasten overnachten hier in de cellen en dineren in de kloostergang. Op de grote markt valt vooral de fontein op. De marmeren voorganger van deze huidige versie kreeg als eerste water van het aquaduct van de stad. Maar het meest bijzondere van Évora is toch wel een bezoek aan de bottenkapel in de São Francisco-kerk. In deze zeventiende-eeuwse kapel zijn de beenderen en schedels van vijfduizend monniken verwerkt.
3. Braga en de 116 meter hoge trap
De kathedraal van Braga geldt als de oudste van het land. Braga was vroeger het centrum van handel en religie. Nog steeds is godsdienst in deze stad heel belangrijk en dat zien je vooral terug bij belangrijke feestdagen, zoals de Semana Santa (heilige week voor Pasen) en het feest voor São João Baptista. Net buiten Braga ligt de Bom Jesus do Monte, een enorm groot heiligdom in barokke stijl. Om bij de kerk van dit heiligdom te komen, is er een indrukwekkende trap van 116 meter hoog. Voor toeristen die hier (letterlijk) tegenop zien, is er ook een kabelbaan aangelegd.
4. Aveiro, het Venetië van Portugal
Aveiro wordt ook wel het Venetië van Portugal genoemd. Deze bijnaam heeft het te danken aan de verschillende kanalen die door de stad lopen waarop met kleurrijke gondels (moliceiro’s in het Portugees) wordt gevaren. Tussen de Canal das Piramides en de Canal de São Roque bevinden zich nog de authentieke witte huisjes.
5. Sintra en de kleurrijke paleizen
Sintra was in vroegere tijden de stad van koningen en edelen. Vandaag de dag wemelt het er nog altijd van de paleizen en kastelen. Hiermee staat de stad dan ook op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Zeker de moeite waard zijn het kleurrijke Palácio da Pena, het Palácio Nacional met torens in de vorm van melkflessen en – iets buiten de stad
6. Lagos, maritieme geschiedenis en dolfijnen spotten
In het zuiden van Portugal ligt de stad Lagos. Dwars door het oude centrum loopt hier de stadsmuur, die nog is gemaakt door de Moren. De muur telt maar liefst negen torens. In het oude fort kun je meer te weten komen over de maritieme geschiedenis van de stad. Vanuit de haven worden verschillende boottripjes georganiseerd. Je kunt dan bijvoorbeeld grotten bezoeken of dolfijnen spotten.