Bijvoet: Fijnzure kruid voor vette gerechten

Bijvoet: Fijnzure kruid voor vette gerechten

Laatst geüpdatet op februari 25, 2025 by Redactie

Bijvoet is een populaire specerij voor stevige gerechten. Maar niet alleen gebraden gans, maar ook peulvruchten en paddenstoelen worden door het licht bittere ‘ganzenkruid’ beter verteerbaar. Vooral de jonge bladeren en pluimen vóór de bloei zijn bijzonder aromatisch.

Het keukenkruid geeft salades, soepen en eiergerechten een interessant tintje. De aanwezige etherische oliën stimuleren de spijsvertering, waardoor gans, eend, karper en haring minder zwaar op de maag liggen. Ook aardappelen, bonen en kaas kunnen met bijvoet worden verfijnd. Voeg gewoon een paar takjes toe aan het gerecht of doe ze in een kruidenzakje en haal ze er na het koken uit. Het kruid past ook goed bij knoflook en kruiden zoals bonenkruid, tijm en rozemarijn.

Bijvoet (Artemisia vulgaris) behoort tot de composietenfamilie en is verwant aan alsem en dragon. Deze struikachtige vaste plant komt waarschijnlijk oorspronkelijk uit Azië en is inmiddels wijdverspreid over bijna het gehele noordelijk halfrond. De plant wordt tot anderhalve meter hoog en heeft een hoekige stengel. De bladeren zijn geveerd en hebben grijswitte haren aan de onderkant. Van juni tot september verschijnen de geelbruine bloemen. Ze zitten in kleine, pluimvormige mandjes aan de uiteinden van de stengels. Hoe meer bijvoet bloeit, hoe bitterder de smaak wordt. Daarom is het het beste om het kruid te plukken vóór de bloei, wanneer het gehalte aan essentiële oliën het hoogst is. In veel gebieden is juni hiervoor de beste tijd.

Bijvoet groeit in weilanden, langs wegen, op velden en op braakliggend land. Wil je dit onopvallende kruid voor de winter bewaren, knip dan de scheuttoppen met de nog ongeopende bloemen af ​​en laat ze ondersteboven op een donkere plaats drogen. De specerij is in geraspte of gemalen vorm verkrijgbaar.

Dit vind je misschien ook leuk